Ga verder naar de inhoud

Vogels in de tuin Wildlife in je tuin

daar kan je eindeloos naar blijven kijken

19 tuinvogels Merel Yves Adams Vilda

Hoe kan jij de vogels helpen?

Twee dingen zijn super belangrijk als je de vogels in je tuin wil helpen: voedsel en een plek waar ze veilig kunnen rusten en/of broeden. Je kan zonnebloempitten strooien en nestkastjes hangen. Dat is al iets. Maar je kan in je tuin nog zo veel meer doen. Jonge vogels hebben insecten nodig. Dat kan door zo veel mogelijk inheemse planten te voorzien bijvoorbeeld. Die zijn belangrijk voor vlinders, bijen en andere insecten. En hoe meer verschillende soorten insecten er in je tuin voorkomen, hoe meer verschillende soorten vogels (en ook salamanders, vleermuizen en andere dieren) je zal hebben. Plant struiken en/of bomen en voorzie waar mogelijk een ruig plekje.

Pimpelmees
Pimpelmees

Pimpelmees – vrolijk vogeltje met tropische kleuren

Pimpelmezen zijn kleine, gedrongen vogeltjes met een kort snaveltje en een blauw petje. Aan de ogen hebben ze een smalle zwarte streep. Mannetje en vrouwtje zien er ongeveer hetzelfde uit. Pimpelmezen zijn eigenlijk vogels van oude bossen met veel holle bomen. Intussen hebben ze zich helemaal aangepast aan het leven in onze tuinen.

Elk pimpelmeesjong heeft per dag ongeveer 100 rupsen nodig. In een nest worden gemiddeld 10 eitjes gelegd. Nadat die eitjes zijn uitgekomen duurt het twintig dagen om op te groeien en het nest te verlaten. Reken zelf maar eens uit hoeveel rupsen er nodig zijn om een nestje groot te brengen.

Tuinvogels helpen met een nestkast

Een nestkast ophangen is één van de eenvoudigste manieren om vogels aan te trekken in je tuin. Je kan deze kopen of zelf maken. Let er wel op dat de binnenkant van de nestkast niet behandeld is met verf of vernis. Er zijn verschillende types van nestkasten, afhankelijk van welke vogelsoort je wil aantrekken. Best begin je met een model voor kool- of pimpelmees. Op Ecopedia kan je een leuk filmpje bekijken over nestkasten in de tuin. Op Vogelbescherming Vlaanderen vind je handige bouwplannen voor allerhande nestkastjes.

Hoe je nestkast ophangen?

  • Zoek een rustige plek.
  • Hang ze voldoende hoog. Minstens 2m, zodat de kat er zeker niet bij kan.
  • De opening van de nestkast richt je naar het( noord)oosten. Dan hangt ze normaal niet in de zon of de slagregen. Hangt het kastje onder een boom of in de schaduw, dan maakt de richting niet veel uit.
  • De aanvliegroute naar de opening moet vrij zijn. Dus geen takken of andere zaken die voor de opening staan.

De nestkast onderhouden

  • Je kan de nestkast heel het jaar door laten hangen. Je moet ze niet binnen nemen. Sommige soorten gebruiken de nestkast in de winter om in te slapen.
  • De nestkast kan je uitkuisen met heet water en een borstel.
  • Zeep of andere chemische producten gebruik je beter niet.
19 tuinvogels roodborst Danny Tielens

Roodborst – pittig vogeltje, en ook nog eens nieuwsgierig

De roodborst herken je, welja, aan de rode borst (zowel bij de dames als bij de heren). De jongen zijn bruin met ronde vlekjes. Volwassen vogels verdedigen vrij agressief hun territorium (jouw tuin dus) tegen soortgenoten. Ze vallen zelfs een roodoranje bosje pluimen aan! Vandaar dat jongen nog geen rode borst hebben, anders zouden ze zonder pardon worden weggejaagd.

Op hun menu staan insecten, insecten en nog eens insecten. En af en toe wat zaden. Roodborstjes kunnen erg nieuwsgierig zijn. Als je in de tuin aan het werken bent, komen ze soms erg dicht in de buurt.

Tuinvogels bijvoederen - enkele tips

  • Richt je tuin zo in dat er van nature al veel voedsel aanwezig is. Plant bomen en struiken die bessen geven, zoals lijsterbes en klimop. Zorg in de lente en de zomer dat je tuin een paradijs is voor insecten want zij dienen als voedsel voor jonge vogels. Bij planten zoals grote kaardenbol kan je de zaaddozen in de winter laten staan.
  • Verschillende soorten vogels eten verschillende soorten voedsel. Variatie is dus de boodschap. Mussen, vinken en roodborsten eten graag zaden vanop de grond of op een voederplank. Merels en spreeuwen lusten ook wel een zaadje maar hebben daarnaast graag fruit. Mezen houden dan weer van vetbollen en pindanoten.
  • Voedsel dat gemakkelijk bevriest (appels bv.) snij je niet in kleine stukjes. De appel in twee helften is meer dan voldoende en dat hij wat rot is, kan zeker geen kwaad.
  • Plaats je voederplank in de buurt van stuiken of een haag. Zo kunnen de vogels snel wegvluchten en schuilen. Idem als je op de grond strooit.
  • Op de grond strooien doe je enkel als er geen katten in jouw tuin lopen, dat spreekt voor zich.
  • Voeder niet te veel tegelijk. Idealiter strooi je maar zo veel als tijdens de dag wordt opgegeten. Strooi je te veel, dan trekken de overschotten alleen maar muizen en ratten aan. Voeder best ‘s ochtends en als het op is nog eens op de middag (ten laatste).
  • Geef geen boterhammen, melk, boter, gekookt voedsel of voedsel met zout in (gezouten pinda’s, vet van zout spek).
  • Zet ook altijd een kom met vers water. Zout en suiker zijn uit den boze. En als het vriest, gebruik dan zeker geen antivries. Als het vriest, volstaat het om het water twee keer per dag te verversen.
Vogels in de tuin

Nodig de natuur uit in je tuin!

Voel je het al kriebelen? Wil jij ook een klimaatbestendige tuin die gonst van het leven? De lokale Tuinrangers helpen je graag op weg.

Zelf aan de slag

Tuinbiotopen

Ga voor een b(l)oeiend terras of tuinpad

Om toch zoveel mogelijk regenwater te laten infiltreren, kan je planten tussen de voegen van je terras of tuinpad voorzien.

Meer lezen
Korenbloem en klaproos (Arnoud Zwaenepoel) Tuinbiotopen

Bloemenborder

Een bloemenborder is een verzameling van vaste meerjarige planten met daartussen eenjarige of tweejarige soorten.

Meer lezen
Bruine kikker 1 Wildlife in je tuin

Amfibieën

Van alle tuindieren spreken de amfibieën misschien wel het meest tot de verbeelding.

Meer lezen